Sie befinden Sich nicht im Netzwerk der Universität Paderborn. Der Zugriff auf elektronische Ressourcen ist gegebenenfalls nur via VPN oder Shibboleth (DFN-AAI) möglich. mehr Informationen...
Bijdragen Tot de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch Indië, 1913-01, Vol.67 (4), p.541-562
1913
Volltextzugriff (PDF)

Details

Autor(en) / Beteiligte
Titel
DE VOEDING OP DE SCHEPEN DER OOST-INDISCHE COMPAGNIE
Ist Teil von
  • Bijdragen Tot de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederlandsch Indië, 1913-01, Vol.67 (4), p.541-562
Ort / Verlag
The Hague: Martinus Nijhoff
Erscheinungsjahr
1913
Quelle
EZB Electronic Journals Library
Beschreibungen/Notizen
  • Wel werden op de kampanje van sommige schepen tuintjes aangelegd , waar men salade, kers, pieterselie en andere moeskruiden in zaaide, doch hetgeen hiervan werd verkregen diende grootendeels zoo niet uitsluitend tot verkwikking van de zieken inzonderheid van de scheurbuiklijders. * Omstreeks 1760 echter was het reeds een vast gebruik dat elk uitgaand schip wat uien en versche kool medenam om daar, zoolang de voorraad strekken zou, des Zondags soep van te schaffen in plaats van gezouten vleesch ', en naar de victualielijst en het rantsoenreglement te oordeelen, die in 1791 werden gedrukt, nam men destijds voor elke honderd man vijf okshoofden zuurkool mede, benevens drie okshoofden komkommers in azijn en een goede quantiteit kool, wortelen en uien, en deelde men bovendien een paar keeren in de week bij het vleesch en spek aan elk baksvolk een kleine bak>; augurken uit. Op een paar andere schepen, omtrent drie jaar later uit het Vaderland vertrokken, werden toen men goed en wel het Engelsch Kanaal uit was insgelijks aan ieder vijf stuks kazen ter hand gesteld, mits dat zij dezelve moesten bewaren tegen de wederomreize, wanneer weinig provisie hebben, en werden nu gegeven en uitgedeeld (zoo staat er bij aangeteekend) omdat iedereen die zijne behoorlijk reinige en onderhoude, zonder dat iemand vermocht eenige kazen te ontginnen onder pretext dat zij bederfelijk zouden mogen wezen dan met consent en voorweten van den opperkoopman of schipper, en wanneer daartoe vermaand werden moest ieder behoorlijke monsteringe doen'. Op de Zwarte Beer, die in 1614 uitzeilde, was op 13 Februari 1615, gelijk een van de officieren kort daarop aan de Kamer Amsterdam berichtte, het laatste bier uitgetapt, zoodat wij (schrijft hij) op 14 derzelver (maand) hebben begonnen te geven rantsoen van water en wijn, te weten ieder persoon 1 flapkanne water en 2 mutsjes wijn alle dage en den 21 Maart hebben wij begonnen brandewijn te geven overmits dagelijks zeer koud was, en werd gegeven des morgens vroeg ^ mutsje ieder persoon twelk heeft geduurd totdat wij ons anker hier (in de Tafelbaai) lieten vallen ' Den 10*" dag van April 1632 kregen zij Engeland in het gezicht (zoo schrijft een Duitscher die als adelborst met het schip Zutphen naar Indi vertrok) en werd, wat de schafting aanging, voor ' Brief van Pieter Vrancken "Wagensvelt aan Kamer Amsterdam uit de Tafelbaai 26 April 1615, 558 DE VOEDING OP DE SCHEPEN. het gemeene volk de volgende regeling vastgesteld: aan ieder verstrekte men 6 mutsjes bier daags en 1 mutsje Fransche met alsem vermengde wijn enz. Heden hebben rantsoen water aan het volk uitgedeeld, alzoo ons bier gisteren uit was, gaven 1 flapkanne aan ieder man en 3 mutskens wijn des daags, doch aan hooploopers en jongens maar half wijnrantsoen ' Op het schip Banda, omstreeks half Februari 1636 uitgeloopen, werd op 29 April van dat jaar het rantsoen van wijn en water in het werk gesteld, te weten 6 mutsjes water en 3 mutsjes Fransche wijn, waarbij nog gekomen is bij regenachtig en koud weder ^ mutsje Spaansche wijn in de vroeg- of morgenstond gegeven in plaats van brandewijn. * Volgens een Duitschen schrijver, die van 1644 tot 1659 de Compagnie als militair diende, gaf men op hare schepen 's morgens vroeg 1 mutsje alsemwijn *, 's middags als men gegeten had even zoo veel Spaansche en 's avonds een gelijke hoeveelheid Fransche wijn. * Een landgenoot van hem, die in Januari 1644 naar Indi ging, bericht dat ieder schepeling dagelijks zoolang het duurde een kan bier en hierna een kan water kreeg, 's Morgens na den eten, voegt hij er bij, wordt 1 mutsje alsemwijn'', 's middags zoo veel Spaansche en 's avonds zooveel Fransche wijn gegeven. * Op het schip, dat in 1669 een anderen Duitscher naar de Oost voerde, werd alle morgens wat brandewijn en driemaal in de week bij het vleesch een mutsje Spaansche wijn rondgedeeld. * Op de Hollandsche Tuin, welke in December 1678 in zee stak, ontving ieder des ochtends na vieren als de hondenwacht was afgeloopen en des avonds na den eten het hem toekomende mutsje brandewijn, alsmede op de drie vleesch- en spekdagen 1 mutsje Spaansche wijn, dat dan altegader door ieder baksvolk in een schotel gegoten en, met koud water vermengd, gezamenlijk door hen opgedronken werd. * Op de Compagnies- * Journaal uitgaand schip Zutphen 1632.'
Sprache
Niederländisch
Identifikatoren
ISSN: 1383-5408, 0006-2294
eISSN: 2213-4379
Titel-ID: cdi_proquest_journals_1150225694
Format
Schlagworte
Men, Zoos

Weiterführende Literatur

Empfehlungen zum selben Thema automatisch vorgeschlagen von bX